Opinie: Koranverbranding wordt niet beschermd door de vrijheid van meningsuiting download

NRC Handelsblad, 2024

Abstract

Een boekverbranding is geen onderdeel van het uitwisselen van meningen met andersdenkenden, maar juist het tot zwijgen brengen van tegenstanders, stelt Egbert Dommering.

vrijheid van meninguiting

Bibtex

Newspaper article{nokey, title = {Opinie: Koranverbranding wordt niet beschermd door de vrijheid van meningsuiting}, author = {Dommering, E.}, url = {https://dev.ivir.nl/publications/opinie-koranverbranding-wordt-niet-beschermd-door-de-vrijheid-van-meningsuiting/nrc_dommering/}, year = {2024}, date = {2024-01-18}, journal = {NRC Handelsblad}, abstract = {Een boekverbranding is geen onderdeel van het uitwisselen van meningen met andersdenkenden, maar juist het tot zwijgen brengen van tegenstanders, stelt Egbert Dommering.}, keywords = {vrijheid van meninguiting}, }

Opinie: Koranverbrandingen in Zweden, Denemarken en Nederland

Nederlands Juristenblad (NJB), iss. : 29, num: 2125, pp: 2480-2482, 2023

Abstract

De stelling van onder andere de Minister van Justitie dat het verbranden van boeken nu eenmaal mag in onze rechtsstaat berust op een dubbele dwaling: één omtrent het object van de vrijheid van meningsuiting en één omtrent hoe in deze tijd van sociale media om te gaan met het conflict tussen de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst.

vrijheid van godsdienst, vrijheid van meninguiting

Bibtex

Article{nokey, title = {Opinie: Koranverbrandingen in Zweden, Denemarken en Nederland}, author = {Dommering, E.}, year = {2023}, date = {2023-10-05}, journal = {Nederlands Juristenblad (NJB)}, issue = {29}, number = {2125}, abstract = {De stelling van onder andere de Minister van Justitie dat het verbranden van boeken nu eenmaal mag in onze rechtsstaat berust op een dubbele dwaling: één omtrent het object van de vrijheid van meningsuiting en één omtrent hoe in deze tijd van sociale media om te gaan met het conflict tussen de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst.}, keywords = {vrijheid van godsdienst, vrijheid van meninguiting}, }

The Chilling Effect of Turkey’s Article 301 Insult Law external link

European Human Rights Law Review , vol. 2019, num: 3, pp: 298-308, 2019

Abstract

This article discusses how the approach of the European Court of Human Rights has evolved in seeking to protect freedom of expression from the chilling effect of Turkey’s controversial Article 301 insult law. The article reveals the early reluctance within the Court in finding that the law’s provisions were incompatible with freedom of expression, and yet, the analysis now demonstrates how the Court’s concern for the chilling effect has led the Court to two adopt notable approaches: first, the Court permitting applicants to argue that the law, in and of itself, violates the European Convention on Human Rights, even where an applicant has not been convicted, nor even prosecuted under the law; and second, the Court’s application of its rarely-used competence under Article 46 of the European Convention, finding that amending Article 301 would “constitute an appropriate form of execution” of the Court’s judgment.

chilling effect, frontpage, Turkije, vrijheid van meninguiting

Bibtex

Article{Fahy2019b, title = {The Chilling Effect of Turkey’s Article 301 Insult Law}, author = {Fahy, R.}, year = {0614}, date = {2019-06-14}, journal = {European Human Rights Law Review }, volume = {2019}, number = {3}, pages = {298-308}, abstract = {This article discusses how the approach of the European Court of Human Rights has evolved in seeking to protect freedom of expression from the chilling effect of Turkey’s controversial Article 301 insult law. The article reveals the early reluctance within the Court in finding that the law’s provisions were incompatible with freedom of expression, and yet, the analysis now demonstrates how the Court’s concern for the chilling effect has led the Court to two adopt notable approaches: first, the Court permitting applicants to argue that the law, in and of itself, violates the European Convention on Human Rights, even where an applicant has not been convicted, nor even prosecuted under the law; and second, the Court’s application of its rarely-used competence under Article 46 of the European Convention, finding that amending Article 301 would “constitute an appropriate form of execution” of the Court’s judgment.}, keywords = {chilling effect, frontpage, Turkije, vrijheid van meninguiting}, }